Heb je net een mooie kamerplant aangeschaft, dan hoop je uiteraard dat deze lang meegaat. De ene plant is gemakkelijker te verzorgen dan de andere. Het geven van water komt soms best precies. Hoeveel water heeft jouw plant nodig? En wat is er nog meer van belang tijdens het begieten van groene planten?
Water op kamertemperatuur
Heel veel mensen lopen gewoon even naar de kraan als ze hun planten water gaan geven. Binnenplanten krijgen op deze manier koud kraanwater. Er zijn genoeg planten te bedenken die dit geen enkel probleem vinden. Toch is het beter om water op kamertemperatuur te geven. Is jouw plant hier gevoelig voor, dan voorkom je op deze manier in ieder geval problemen. Nog veel beter dan lauw kraamwater is echter regenwater. Weet je dat op te vangen, dan verwen je je planten extra. Dit water bevat namelijk veel minder kalk.
Geef nooit te veel water
Wist je dat een te grote hoeveelheid water doodsoorzaak nummer 1 is bij kamerplanten? Planten in je tuin buiten kennen dit probleem niet. Die voeren hun overtollige water eenvoudig af. Bij binnenplanten is dat meestal niet het geval. Komt er te veel water in de pot, dan stikken de wortels. Laat je planten dus niet verdrinken.
Let op planttype
Kijk goed naar het type plant dat je water geeft. De familiesoort vertelt je veel over de waterbehoefte. Gaat het om een vetplant of een cactussoort? Of wil je een bamboesoort verzorgen? Onderstaand onderscheid vertelt je al veel over de hoeveelheid water die je het beste kunt geven:
Heel weinig water
Heb je een cactus of een vetplant in je huis, geef dan zeer weinig water. De aarde mag helemaal droog zijn tussen de gietbeurten door.
Weinig tot gemiddeld water
Palmsoorten, klimopplanten en Schefflera’s vragen om een gemiddelde hoeveelheid water. Ze mogen dus gedeeltelijk uitdrogen tussen de gietbeurten door.
Gemiddeld water
Varens en geraniums houden van een licht vochtige grond. Het is niet erg als de grond een klein poosje droog is, maar laat dit niet te lang duren.
Veel water
Een monstera Deliciosa en een Lucky bamboo houden van heel veel water. De grond mag eigenlijk altijd wel vochtig zijn.
Controleer de grond waarin je plant staat
Op een gegeven moment weet je wel een beetje hoeveel water een bepaalde plant nodig heeft. Toch is het goed om even de grond te checken met je vingers voordat je gaat gieten. De bovenste laag van de potgrond kan heel droog aanvoelen, terwijl het iets verder naar onderen nog wel vochtig is. Dit zie je uiteraard niet. Steek je vinger daarom het liefst een paar centimeter in de grond. Natuurlijk moet dit heel behoedzaam, want je wilt niet per ongeluk een wortel beschadigen. Voel je dat de grond aan je vinger blijft plakken? Wacht dan met gieten. Is de grond echter ook verder naar onderen droog? Geef dan een heerlijke plens met water.